Ingrediënten:
Voor circa 20 koekjes
- 200 gram tarwebloem
- 125 gram roomboter
- 100 gram basterdsuiker
- 3 eieren
- 1 zakje vanillesuiker à 8 gram
- snuf zout
- uitsteekvorm voor een kerstkrans
- amandelschaafsel (optioneel)
Zo maak je kerstkransjes:
- Klop de boter in circa 4 minuten luchtig samen met de basterdsuiker. Voeg de vanillesuiker en één ei toe en zeef de bloem en het zout erboven. Mix het geheel tot een glad deeg.
- Maak een bal van het deeg en laat dit 1 uur rusten in de koelkast.
- Verwarm de oven voor op 160 graden en bekleed twee bakplaten met bakpapier.
- Haal de deegbal uit de koelkast en verdeel het in twee stukken. Leg één stuk terug in de koelkast.
- Bestuif het werkblad met bloem en rol de bol deeg uit tot een lap van ongeveer 1/2 centimeter dik. Steek er circa tien kerstkransjes uit met behulp van de vorm en leg ze op een bakplaat. Haal de tweede bol uit de koelkast en herhaal.
- De deegresten kun je tot een bal vormen, nogmaals uitrollen en daar weer een aantal kerstkransjes uitsteken.
- Splits de resterende eieren en klop de dooiers los. Bestrijk de koekjes met een dun laagje eierdooier en bestrooi ze eventueel met amandelschaafsel.
- Bak de koekjes in circa 15 minuten gaar en goudbruin.
Culinair
- Albert Heijn
- Adobe Stock