Friesland: de provincie van oranjekoek, elfstedenkoorts, suikerbrood en hun eigen taal. Eerder deelden we al een aantal typisch Friese uitspraken (it giet oan!), maar ken jij deze opvallende Friese woorden ook? Test je kennis!
1. Bekskrobber
Dit apparaat heeft menig mens in de badkamer staan: een elektrische tandenborstel.
2. Poppeslok
Het typisch Friese woord poppeslok betekent kraamvisite. Maar het verwijst ook naar een eeuwenoude traditie: wanneer er in Friesland een kleintje – een poppe in het Fries – was geboren, werd dat gevierd met een glaasje sterke drank: een poppeslokje.
3. Plofpûde
Iedere auto is er – hopelijk! – van voorzien: een plofpûde is namelijk een airbag.
4. Harrekrammele
Dit is een typisch Friese kreet van afschuw en/of teleurstelling.
5. Donderdeldoekje
Een schoonmaakdoekje? Een washandje? Nee, niets is minder waar: een donderdeldoekje is een parachute.
6. Sjoddy
Het Friese woord sjoddy is afgeleid van het Engelse 'see you'. In het Fries komt ‘sjo' van sjoch (kijken) en ‘dy’ betekent jou.
7. Smûk
Wat is het hier smûk! Oftewel: wat is het hier gezellig en knus.
- Adobe Stock