Tekst: Kim Veenman | Foto: Noorderland
Wie “oudejaarsdag” en “Drentse koekjes” zegt, denkt vaak direct aan de ouderwetse kniepertjes, ook wel knieperties of knijpertjes genoemd. Een echte Drentse traditie! De Drentse kniepertjes zijn platte wafeltjes en niet opgerold zoals men vaak in Groningen en Friesland doet. Zo maak je ze gemakkelijk zelf!
Een echte traditie
Het feit dat deze Drentse wafeltjes uitgerold zijn, en niet opgerold zoals de anderen, heeft een mooie betekenis: de platte vorm van het koekje staat symbool voor het afgelopen jaar, waarin alles gebeurd is. Het verleden ligt dus net als het platte kniepertje nog helemaal open. Vroeger hadden de meeste Drenten een klein, rond wafelijzer voor in het vuur of op het gasfornuis. Daarin deed men het deeg en kneep het dicht. Zo komen de dunne wafeltjes dus aan hun naam. Tegenwoordig zijn er de ronde, iets grotere wafelijzers of zelfs elektrische oublie-ijzers waarmee je deze typisch Drentse kniepertjes maakt. Aan de slag!
Benodigdheden:
- 250 gram boter
- 500 gram bloem
- 400 gram suiker
- vanillesuiker/-aroma of citroensap naar smaak
- 3 eieren
- wafelijzer
Zo maak je Drentse kniepertjes:
- Smelt de boter in een pan.
- Doe de bloem met de suiker en vanillesuiker (of het vanillearoma) in een kom en giet de gesmolten boter erover.
- Voeg vervolgens de eieren één voor één toe en kneed het geheel met de hand.
- Laat het deeg ongeveer een uur rijzen op een koele plek.
- Maak dan van het deeg kleine balletjes, ongeveer zo groot als een euromunt.
- Bak steeds één bolletje deeg af in het bakijzer. Eet smakelijk!