Als de akkers van Noordoost-Friesland weer hemelsblauw kleuren weet je dat de zomer eraan komt. Volg de komende tijd eenvoudig het blauwe lint van de vlasbloem. Maak kennis met een gewas dat zo oud is als de mensheid zelf én in deze streek bezig aan een verrassende revival. De fiets- en autoroute Follow the Blue Line voert nieuwsgierige passanten langs bloeiende velden, bijzondere ambachten en andere, bloemrijke bezienswaardigheden.
Eigenlijk broedde ze al een paar jaar langer op het ideetje, maar toen Leeuwarden in 2018 Culturele Hoofdstad van Europa werd, leek het Nynke Runia logisch om aan te haken. De rest is geschiedenis. Alweer voor het zesde seizoen heeft de enthousiaste aanjager uit het Friese Blije de vlasroute in de steigers gezet. En opnieuw is het haar gelukt om er een aardige twist aan te geven, een onverwacht element toe te voegen voor die groeiende schare bezoekers. ‘Het is een uitdaging om telkens met een nieuwe insteek te komen, en vooral ook de vaste gasten blijven verrassen.’
Inspiratiekaart
De vlasvelden zijn weer ingezaaid en vanaf 15 juni kun je de route Follow the Blue Line volgen, een fleurige tocht door Noordoost-Friesland met acht bijzondere locaties verspreid over zo’n 30 kilometer. Prima met de auto af te leggen natuurlijk, maar wie meer tijd heeft trekt er met de fiets op uit en knoopt er wellicht nog een nachtje aan vast.
Nynke Runia (56) is eigenaresse van de ambachtelijke katoendrukkerij Kleine-Lijn en initiatiefneemster van de vlasroute. Haar sfeervolle en bedrijvige atelier aan de Stationsweg in Blije is het startpunt, deelnemers ontvangen er een inspiratiekaart – een handige plattegrond van de omgeving – en kunnen meteen de boer op. Geheel kosteloos, en dat is best bijzonder. ‘Het moet een beetje laagdrempelig zijn, voor iedereen toegankelijk,’ zegt Nynke. ‘We stippelen de route met liefde uit en je mag overal in- en uitlopen.’
Goeie kleigrond
Er bestaan twee soorten van het gewas: vezelvlas (van de lange stengels wordt linnen gemaakt) en het kortere olievlas (barstensvol zaaddozen waar lijnzaad in zit, dat je tot olie kunt persen). Voor de wijze waarop vlas in dit deel van Friesland z’n bescheiden comeback maakt, moeten we een paar jaar terug in de tijd.
Nynke en haar man Bram streken 20 jaar geleden in Blije neer. Op deze ruime plek aan de voet van de Waddendijk begon zij haar atelier in het ontwerpen en bedrukken van stoffen en cadeauwinkel waar deze en andere producten worden verkocht. Zoals plaids, zijden sjaals, keuken- en tafellinnen, babytextiel en linnen kleding. Allemaal natuurlijke stoffen. Met linnen als één van haar favorieten, gemaakt uit vlas.
‘Toen ik me daar meer in ging verdiepen kwam ik erachter dat juist in deze regio vroeger veel vlas geteeld werd, vóór de opkomst van synthetische materialen. In plaatsen als Sint Annaparochie en Mûnein/Molenend had je vlasfabrieken. De Waddenkust bleek zich bij uitstek te lenen voor het gewas, dankzij de goeie kleigrond. Je zag het ook veel in de Groninger kuststreek, net als aan de kust in Zeeland, België en Frankrijk.’
Kansrijke vlasteelt
Die ontdekking triggerde Nynke. Daar kon ze iets mee, nee, daar móest ze wat mee. Juist nu. ‘Het is niet alleen een mooi stuk nostalgie van dit deel van de provincie, we hebben de tijd ook mee. Er is meer ruimte voor bewustwording, voor duurzame materialen. Tegelijk zijn veel boeren nu zoekend als het om de toekomst van hun bedrijf en hun vak gaat en zij staan open voor nieuwe ontwikkelingen en gewassen waarmee we juist terugkeren naar de basis. Dankzij deze route komt de vlasteelt weer meer in beeld als iets kansrijks, en zie je proefveldjes in deze omgeving ontstaan. Dat vind ik prachtig. Ik ga zelf bij boeren op bezoek, promoot de (olie)vlasteelt. Ja, ik voel me soms wel een soort ambassadeur,’ lacht Nynke.
‘Ik zou het persoonlijk heel mooi vinden als dit meer gaat léven, als vlas weer meer wordt geteeld, maar ook in Friesland wordt verwerkt en gebruikt. Als lokale producten uit je eigen regio, zoals groenten die je rechtstreeks van de boer kunt kopen.’
Een olievlek
Het wérkt, merkt ze. ‘Het wordt een soort olievlek.’ Hoewel de locaties op de route alleen op het Friese platteland liggen, sluiten buiten die regio ook nieuwe deelnemers met serieuze belangstelling zich aan. Zoals de “echte bakker” Eddy de Jong uit Dokkum, die sinds 2018 vlaskoeken bakt, met lijnzaad erin. Die worden weer verkocht in café annex lunchroom en B&B Veldzicht in Mitselwier/Metslawier, een van de stops onderweg.
‘Hartstikke leuk toch? Zo probeer ik mensen bij dit initiatief te betrekken.’ Er is sprake van kruisbestuiving, deelnemers maken elkaar enthousiast. ‘Ook de dorpskerk van Mitselwier/Metslawier is aangehaakt, met een expositie over vlaskunst. En bij een boerenbedrijf in Ternaard kun je uit de aardappelautomaat nu ook een “vakje handwerk” trekken. Dit jaar is er ook vlaskaas verkrijgbaar.’
Verven met planten
Met een eigen verfplantentuin in Blije wil Nynke gasten op de vlasroute dit jaar verrassen. ‘Hoe haal je kleurstoffen uit een plant? Hoe maak je pigment, of olieverf?’ Vragen waar passanten midden in haar overvloedige tuin antwoorden op krijgen. ‘Ik teel zelf al een poosje verfplanten op ons erf en gebruik het pigment om mijn textielstoffen te bedrukken. Het geel van kamille bijvoorbeeld, rood uit de meekrap en pastelblauw van wede. Maar je kunt ook met uienschillen en andere natuurlijke kleurstoffen verven. Er zijn tal van leuke technieken om te leren en mee te experimenteren zonder dat je een tube verf in de winkel hoeft te kopen.’
Een zeefdruk maken
Dat er een vlasmuseum was, wist Nynke al. It Braakhok in het verderop gelegen Ie/Ee is het enige (onbemande) museum in Nederland waar de bewerking van vlas – flaaks op z’n Fries – tot linnen zichtbaar wordt gemaakt. Hoe leuk zou het zijn om méér locaties in deze contreien aan elkaar te koppelen tot een route? Uit die gedachte kwam “Follow the Blue Line” voort.
‘De één heeft machines voor de vlasteelt, de ander maakt er producten van voor huis- tuin- of keukengebruik. Eendenkorven, gevlochten van vlas bijvoorbeeld. De vlasroute verbindt al deze producenten met elkaar. Veelal onontdekte plaatsen, met veel variëteit. Het is echt een groeidiamant,’ gelooft Nynke. ‘Al zijn acht locaties wel het maximum, dan is het nog in één dag te doen als je wilt. Het moet kleinschalig en behapbaar blijven.’
Bij Kleine-Lijn kunnen bezoekers terecht om stoffen te bewonderen, maar ook om papier te scheppen en zo hun eigen zeefdruk te maken. ‘In het atelier kun je tijdens de vlasdagen op bepaalde tijden een ansichtkaart drukken, met een echte vlasbloem. Zo zet je de vlasroute dus ook létterlijk op de kaart.’
- Jolanda de Kruyf
- Visit Wadden, Adobe Stock