Lyriek in Leeuwarden

We gaan in de Friese hoofdstad aan de wandel met poëzie!

Richt je blik eens omlaag en laat je verrassen door romantisch Leeuwarden. Daar sieren fraaie gedichten het straatbeeld: de zogeheten Poëzieroute telt inmiddels 55 poëziestenen. Hij bestaat al bijna een kwart eeuw, maar nog elk jaar wordt de wandeling uitgebreid met nieuwe gedichten.

Herinner je je de vele hartstochtelijke gesprekken, De blikken zo begerig, zo bedeesd opgevangen, De eerste ontmoetingen, de laatste ontmoetingen, Je stille stem, de beminde klanken. Het is een fragment uit het gedicht Onderweg van Ivan Toergenjev. Op een druilerige woensdag ligt het zomaar aan je voeten naast het bordes van het Paleis van Justitie aan het Wilhelminaplein in Leeuwarden. De letters in zwart Belgische leisteen gehakt. Regen legt er een droeve glans over. Iemand heeft er half zijn auto op geparkeerd. De voorband, nog in de draaistand, bedekt de eerste zinnen.

Op de trappen van het bordes omhelst een jong stel elkaar. Weten ze wat daarbeneden in een luw hoekje te lezen valt? Zullen ze op een dag zeggen: ‘Daar, vlakbij dat mooie gedicht werden we verliefd’? Of hebben ze er geen flauwe notie van? Ze moesten nog geboren werden toen het poëzietableau op 16 juni 2000 werd onthuld, ter ere van het tienjarig bestaan van de Stichting Stedenband Leeuwarden-Orjol. De keuze viel op de dichtregels van Toergenjev, die geboren werd in Orjol.

Duizenden voetstappen
Het is een van de 55 gedichten die samen de poëzieroute door Leeuwarden vormen. De wandeling kreeg in 1993 voor het eerst gestalte toen John te Loo bij zijn afscheid als burgemeester van de Friese hoofdstad een serie poëzietableaus aanbood. Sindsdien zijn tientallen gedichten aan de route toegevoegd. Aanvankelijk ging het vooral om bestaand werk. Later kregen dichters ook de opdracht om een nieuw Fries of Nederlandstalig gedicht te maken, dat goed paste bij de plek waar de poëziesteen werd aangebracht.

De meeste tableaus bevinden zich in de historische binnenstad. Zo wacht ook aan de andere kant van het Paleis van Justitie een in steen gehouwen gedicht. Daaromheen een krans van fietsen als publiek. Het is het Friestalige ‘Lit dan krûpe dat net gean doar’ van Fedde Schurer. De laatste regels, in Nederlandse vertaling: Recht uit het hart, recht het roer: Fries bloed, vervoer! Studenten zetten er argeloos hun afgetrapte sneakers op. En ze zijn niet de enigen. De poëzietegels liggen vaak dichtbij veel bezochte gebouwen en op drukke plekken in de stad. Duizenden voetstappen kruisten inmiddels de poëzie van bekende dichters als M. Vasalis, Gerard Reve, Simon Vestdijk, W.F. Hermans, Rutger Kopland, Ida Gerhardt, Tsjead Bruinja, Anne Vegter, Ester Naomi Perquin, Judith Herzberg, J.J. Slauerhoff, Theun de Vries, Gerrit Komrij, Piet Paaltjens, Jean Pierre Rawie of Jan Arends.

Verder lezen? Het volledige verhaal over de Poëzieroute in Leeuwarden verscheen in Noorderland 2021-3. Dit nummer is nu te koop in de winkel en onze webshop.

Bron: Marloes de Moor | Beeld: Stichting Poëzieroute

Laatste nieuws