Twee oeroude ambachten bepalen dit decor: turfstekers en rietsnijders zijn de architecten van de overweldigende natuurpracht die Nationaal Park Weerribben-Wieden nu zo kenmerkt. Zonder tekentafels of vooropgezet plan gaven hun noeste werkhanden de wetlands in de Kop van Overijssel vorm. Vaklieden van vader op zoon.
Om te zien hoe dit gebied – een levend schilderij met in alle seizoenen z’n charme – door mensenhanden is ontstaan én wordt beheerd, lopen we het Laarzenpad in het hart van De Wieden. Het jaar rond toegankelijk en een aanrader met kinderen, voor wie dit een leuke belevenis “in het wild” is. Feitelijk is ‘t maar een bescheiden ommetje. Hoewel het hele tracé amper 2,5 kilometer lang is, heb je na een poosje struinen een behoorlijke indruk van rietland en moerasbos en ook de voldoening van een eindeloze voettocht. Op laarzen dan, want je was een gewaarschuwd mens. Gewoon schoeisel geeft natte voeten, zo simpel is dat.
Spitsuur in het rietland
Tenzij Koning Winter regeert natuurlijk, dat is wat je noemt een win-winsituatie voor iedereen in deze streek. Niet alleen de schaatsliefhebbers, maar ook rietsnijders zien “hun” achtertuin zo ‘t liefst. Riet heeft ook natte voeten nodig om te groeien, maar een stevige winter vergemakkelijkt het seizoenswerk. Van november tot en met april is het spitsuur in het rietland, tijd om te oogsten. Vroeger ging alles met de hand, met de rietsnit, later deed de motormaaier z’n intrede; compacte, voor de zompige grond geschikte machientjes die vaak ook het riet al in handzame bossen binden. Is alles gemaaid, dan wordt de ruigte eruit gekamd en verbrand. Dan zie je zo links en rechts rook uit het land kringelen.
Rietlandbeheer noodzaak
Tijd is een bepalende factor tussen de goudgele coulissen die deze meren en sloten omkaderen, want het is vaak een race tegen de klok voor de mannen in het veld. Als de vorst diep in de grond zit en de meren en plassen dikke lagen ijs dragen, ja, dan vordert het werk wel snel. Maar is het weer zo’n kwakkelwinter, dan kunnen de rietsnijders op sommige percelen niet of nauwelijks komen met hun machientjes, dan wordt het onrustig in het veld, want riet dat blijft staan kost geld. Wordt het rietland niet gemaaid, dan verandert dit landschap bovendien in snel tempo. Els, berk en wilg rukken dan op en binnen tientallen jaren zal het open landschap dichtgegroeid zijn. Dan zou alles verworden tot moerasbos. Het rietlandbeheer – in Nationaal Park Weerribben-Wieden zijn in totaal zo’n 260 rietsnijders actief - is daarom niet alleen een belangrijke economische pijler in dit gebied, het is ook noodzakelijk voor de instandhouding ervan.
Meer lezen over de Weerriben-Wieden? Dit artikel verscheen in Noorderland 2020-2. Je bestelt 't nummer hier.
- Jolanda de Kruyf
- Wim van Veen