Lifestylemagazine over Noord-Nederland

De ups & downs van vlechtdorp Noordwolde

Dit Friese dorp was ooit wereldberoemd vanwege z’n vaardige handen en massale stoelenproductie.

Tekst: Jolanda de Kruyf | Fotografie: Lourens Looijenga, collecties Pim Mulder, J.J. Overwater, Wytze Wijbenga

Veel van de vroegere geschiedenis is uit Noordwolde verdwenen. Weggegumd, gedempt of afgebroken. Het Friese dorp dat ooit wereldberoemd was vanwege z’n vaardige handen en massale stoelenproductie, lijkt zijn ziel te hebben verloren. Kijk beter. Al wandelend valt nog het nodige te zien en terug te herkennen over die boeiende historie van het “vlechtdorp” uit Weststellingwerf.

Voor we de veters van onze wandelschoenen vastknopen een beknopt lesje geschiedenis. Want veel verdween en dat vertroebelt de blik van de gemiddelde passant enigszins. De historie die zo sterk bepalend is geweest voor de identiteit van Noordwolde, is in onze vorige eeuw praktisch uitgewist. Karaktervolle panden en belangrijke infrastructuren lijken letterlijk in het niets opgelost. Zelfs redelijk “recent” nog, zoals het prachtige postkantoor, een beeldbepalend pand midden in het dorp, dat in de jaren 70 ten prooi viel aan de slopershamer.

Maar wie beter kijkt ziet het nog, het mooie dat dit zuidoost-Friese streekdorp z’n ziel gaf. Want je moet Noordwolde leren lézen voordat je ervan gaat houden. En wie zich die moeite getroost, herkent zeker nog elementen uit het roemrijke verleden terug. In het straatbeeld, in een handvol bewaard gebleven gebouwen, in de contouren van toen. Sporen uit een tijd dat Noordwolde z’n grote economische bloei beleefde.

Turf: het toverwoord

De turfwinning, dát was big business in de 17de eeuw. De groeiende behoefte aan energie in het westen van ons land stuwde ook het Stellingwerfse dorp op in de vaart der volkeren. De uitgestrekte veengebieden in deze regio van Nederland hadden een enorme potentie: turf was hét toverwoord in de Gouden Eeuw en hier lag het voor het oprapen, in grote geruststellende voorraden. Dorpen als Noordwolde pikten dankbaar hun graantje mee. 

De nationale scheepvaart had alle belang bij goede verbindingen over water, zodoende zorgden geldschieters uit “Holland” dat er in 1642 een vaart werd gegraven vanaf ’t riviertje de Linde naar Noordwolde. Het Compagnonshuis (Dr. Mulderstraat) dateert uit die tijd; het is ‘t oudste gebouw van Noordwolde, toen in gebruik als vergaderruimte en kantoor van de compagnie die het veen in en rond Noordwolde verwerkte tot turf. De ruim 300 jaar oude lindes die voor het pand stonden zijn een paar jaar geleden jammerlijk geveld, omdat ze hol waren en valgevaar opleverden.

De vaart bracht welvaart. Er werden sluizen gebouwd, scheepswerven schoten uit de grond, nieuwe ambachten kwamen op. De gevolgen van die ingreep in het landschap waren groot; het hele dorpscentrum dat tot dan toe rond de kerk was gesitueerd, verplaatste zich naar het water. Aan de oevers van de nieuwe vaart ontstond een ongekende bedrijvigheid. Een veenkolonie was geboren, en floreerde. 

Meer lezen

Verder lezen? Het volledige verhaal over Ede Staal verscheen in Noorderland 2023-2. Deze editie is nu te koop via onze webshop en ligt tot 4 april 2023 in de winkels. In deze editie gaan we ’terug naar toen’: we overnachten het oude Seinhuisje op Terschelling, gaan langs bij Professor Pannenkoek in Orvelte en bezoeken het bekende “vlechtdorp” Noordwolde. Dit – en nog veel meer – lees je nu in Noorderland!