Lifestylemagazine over Noord-Nederland

De midwinterhoorn: warme klanken van de winter

‘We vinden het belangrijk dat deze traditie doorgegeven wordt.’

Tekst: Ankie Lok | Fotografie: Max de Krijger

Terwijl de pepernoten al in september in de winkel liggen, houden de Giezelbaargbloazers zich strikt aan hun traditie: de midwinterhoorn klinkt in de buitenlucht alleen tussen eerste advent en Driekoningen. Noorderland mocht meekijken met de eerste repetitie van dit seizoen. 

Het is een bijzondere herfstdag in het Groningse dorp Westerwolde: in een grote boerenschuur komen straks de Giezelbaargbloazers voor het eerst weer bij elkaar om te oefenen. Er brandt één lampje, op de achtergrond staan twee bewegingloze tractors in het schemerdonker, aan het plafond hangt een Groningse vlag. Blazer Jan Bossen (75) loopt naar een hoek van de schuur en pakt zijn instrument: een lange houten hoorn die op het eind omhoog krult.

Een midwinterhoorn is ongeveer anderhalve meter lang, liever nog iets korter dan langer. Dat maakt ‘m hanteerbaar, maar er zit ook een oud verhaal aan vast, vertelt hij: ‘Om een hoorn te maken moet je het hout doormidden zagen, de beide helften uithollen en die uiteindelijk weer tegen elkaar zetten. Vroeger bonden ze er biezen tussen en dompelden ze de hoorn onder in een put: het natte hout en de biezen zetten uit, en zo werd hij goed dicht. De put was meestal niet dieper dan anderhalve meter.’ Hij wil meteen wel even een stukje laten horen: lange tonen, verrassend helder zoals bij een koperinstrument.

Behalve mooi blazen kan Jan – oud-docent techniek – goed vertellen. De groep telt 20 leden en een vijfkoppig bestuur. Jan is secretaris. ‘We zijn er echt serieus mee bezig. We vinden het belangrijk dat de traditie doorgegeven wordt.’

Joelfeest

Waar die traditie precies vandaan komt? Daarover doen verschillende theorieën de ronde. In een artikel in Levend Erfgoed Groningen houdt historicus Martin Hillenga een slag om de arm over de directe lijn naar een ver verleden, met verwijzing naar een onderzoek uit 1981 door J.J. Voskuil van het Meertens Instituut, die later naam zou maken als auteur van de romanreeks Het bureau.

Toch is de verklaring van dat verre verleden wel een populaire: de midwinterhoorn zou al bij de Germaanse joelfeesten hebben geklonken. En later bijvoorbeeld op boerenerven, toen het ver dragende geluid diende om boodschappen door te geven. In de Tweede Wereldoorlog zouden er onderduikers mee zijn gewaarschuwd. Zo lijkt de hoorn in de loop der eeuwen voor diverse doeleinden te zijn gebruikt. In de 20ste eeuw komen daar de blaasgroepen van enthousiastelingen bij, met name in Twente, die zich tamelijk strikt houden aan ongeschreven regels die nu de traditie vormen. 

Jan doet zelf nu zo’n 12 jaar mee met de Giezelbaargbloazers. Zijn voorgangers werden in 2005 "aangestoken" bij een midwinterhoornwandeling in het Drentse Diever: zou het niet mooi zijn om zo’n groep ook in Veele op te richten? Het moet wel historisch verantwoord zijn, vonden ze. Een conservator van het klooster in Ter Apel bracht het verlossende antwoord.

‘Die zei: ga gerust je gang,’ zegt Jan. ‘Want in het hele Saksische gebied, van Midden-Duitsland naar (noord)oostelijk Nederland, werd op midwinterhoorns geblazen. Dus óók in Westerwolde.’ De Giezelbaargbloazers – vernoemd naar de Geselberg in Veele – kregen les van een gerenommeerde Twentse midwinterhoornblazer en met leden zoals Jan kunnen ze nu zelf het verhaal verder vertellen.

Verder lezen?

Het volledige verhaal over de midwinterhoorn verscheen in Noorderland 2023-8. Deze editie is nu te koop via onze webshop en ligt nog tot 9 januari 2024 in de winkels. In deze nieuwe editie lees je onder andere ook over de Havixhorst in Drenthe, de cranberryoogst op Terschelling en het bijzondere museum Møhlmann in Appingedam. Haal dit nieuwe nummer snel in huis!