Stel je voor dat onze koeriers óók alle geboortekaartjes van Moeder Natuur moesten bezorgen. Ontelbare blije dierenparen in de provincie en vele duizenden “single” moeders. Een bonte mix van poststempels zou de standplaats van hun soms illustere kraamkamers verraden; Kollum, Winschoten, Sellingen.
Wat was het leven vroeger overzichtelijk; in mei legden alle vogeltjes een ei en wat er verder in de natuur gebeurde zagen we niet. Tegenwoordig weten we dat blauwe reigers in het Groningse Sterrenbos moeten oppassen dat hun winterse eieren niet veranderen in een bevroren omelet, kruipen er steeds vroeger Friese ringslangen uit broedhopen in de Rottige Meente en verdwijnen in april bakken vol wilgenstuifmeel onder het Drentse zand voor hongerige bijenbaby’s.
Overtijd
Hoog in de kerktoren van het Friese Kollum is een speciale “kliniek” gevestigd voor vrouwtjesvleermuizen die al maanden overtijd zijn. De zorg is er minimaal; ieder voor zich en een dak voor ons allen. Bezorgde vaders zijn niet welkom, na de daad konden ze gaan. Toch is er geen sprake van paniek. Het aanstaande nageslacht is letterlijk een tijdje koel weggezet tot het moment dat iedereen terug is van een welverdiende wintervakantie. Even geen zorgen aan de kop, lekker hangen in het donker en uren uitslapen. Terugvliegend naar Fryslân begint de ongeboren vrucht uit te groeien tot een gevleugeld boontje. En dan is het zo ver, vanaf 15 april worden de eerste meervleermuisjes geboren. De oogjes dicht en alleen maar geïnteresseerd in warmte en melk.
Addergebroed
Overal in Drenthe zijn ze te vinden: broedse slangen. Op het Hijkerveld, het Terhorsterzand, de Dwingelose heide, de Gasterse Duinen en het Ballooërveld. In mei leggen ze geen ei en ook in de zomermaanden zoek je tevergeefs naar nesten vol addereieren. De dames hebben een
betere oplossing bedacht: uitbroeden in hun buik. Een prachtig excuus om heerlijk te luieren op een pol pijpenstrootje, hun schubben gestreeld door warme zonnestralen. Er kleeft maar één groot nadeel aan deze methode: tien tot twintig eieren drukken haar darmen compleet dicht. Genieten van een sappige heikikker of een snelle hagedissenburger zit er dus even niet in. Voor de broedse slangen is het dan ook zaak om niet te treuzelen. In augustus moet echt het laatste addertje geboren zijn. Zonder afscheidskus het huis uitgestuurd, op zoek naar een eerste maaltijd en een veilige overwinteringsplek.
Zanderige kraamkamers
Rond het Groningse Sellingen is in de afgelopen jaren een blauwgroen “schaakbord” in oude glorie hersteld. Zacht murmelend stroomt de Ruiten Aa in haar met wilgen omzoomde bedding. Zandkopjes links en rechts van de beek zijn ontdaan van aardappelloof en hullen zich in een paarse pij van heidebloesem. Tientallen schapenbekken doen zich tegoed aan overtollige grassen. Voor grijze zandbijen zijn dit de gouden bergen waar ze vroeger alleen maar van konden dromen. Overal zijn zanderige plekjes te vinden waar zonder bouwvergunning geknutseld mag worden aan kinderhuisjes. Een bescheiden voordeur zonder opsmuk, een lange gang die in de diepte lijkt te verdwijnen en dan een riante kraamkamer. Rond het Groningse Sellingen is in de afgelopen jaren een blauwgroen “schaakbord” in oude glorie hersteld. Zacht murmelend stroomt de Ruiten Aa in haar met wilgen omzoomde bedding. Zandkopjes links en rechts van de beek zijn ontdaan van aardappelloof en hullen zich in een paarse pij van heidebloesem. Tientallen schapenbekken doen zich tegoed aan overtollige grassen. Voor grijze zandbijen zijn dit de gouden bergen waar ze vroeger alleen maar van konden dromen. Overal zijn zanderige plekjes te vinden waar zonder bouwvergunning geknutseld mag worden aan kinderhuisjes. Een bescheiden voordeur zonder opsmuk, een lange gang die in de diepte lijkt te verdwijnen en dan een riante kraamkamer.
Tienermoeders
In het Rosarium in Winschoten is het elk jaar prijs. Kinderen zijn het nog, net geboren en dan al moeder. En er is geen sprake van ongewenst ouderschap, nee, het is een roeping die deze bladluisjes op de rozenstruiken hebben meegekregen van hun moeders. Zonder gedonder in de bosjes is maagdelijk bevallen bijna standaard geworden. Het lijkt wel alsof ze direct beginnen met het “uitpoepen” van jonge luisjes. Zo kunnen ze binnen enkele dagen een rozenstruik gaan terroriseren. Sap
zuigend tot ze er zelf bijna versuikerd van raken. Pas als de dagen korter worden zullen er gevleugelde mannetjes en vrouwtjes verschijnen. Na een kortstondig geluks-momentje gaan de dames in overwintering en de heren naar het luizenparadijs.
Aardappels
Eigenlijk is de geboorte van de aardappelgalwesp een weinig bijzondere gebeurtenis. Een klein zwart wespje kruipt uit de grond en gaat op zoek naar een plek waar ze een crèche kan laten bouwen. Alleen stoere en oude eikenbomen zijn geschikt, Drentse lanen staan er vol mee. Even een prikje in een knop, eitjes leggen en klaar. De eik neemt alle bouwwerkzaamheden voor zijn rekening. De kinderen worden geboren in een bol maar bobbelig huis met wel 40 kamers. Meubilair is niet nodig, een fopspeen ook niet. Lekker op de rug liggen en eten van de sappige wanden van hun aardappelgallen is alles wat het kroost graag wil. Na verloop van tijd valt de “aardappel” op de grond, de volgroeide larfjes kunnen verpoppen en gaan denken aan hun toekomst als gevleugeld wespje.
Duikplank
In de bijna oneindige lijst van bizarre geboortelocaties
in ons noordelijk landsdeel mag het ontoegankelijke moeras van de Lettelberter Petten niet ontbreken. Wat het Gronings Landschap daar laat gebeuren lijkt onmenselijk: kraamkamers aangelegd op een duikplank! Zodra het grote moment is aangebroken, slaat het noodlot toe. Geen baby lijkt dit te kunnen overleven. Slechts een paar minuten oud en het kille nat wacht om het jonge leven te verzwelgen. Maar...het zijn geen mensenbaby’s die hier als nieuwe natuurliefhebbers ter wereld komen. Houtpantserjuffers, kleine, groen gekleurde libellen, hebben de meest vernuftige oplossing bedacht om hun eitjes te beschermen tegen hapgrage stekelbaarsjes. Eerst wordt een gaatje geboord in een over het water hangende tak, daar wordt een ei in geklemd en zo wordt de hele tak omgebouwd tot eierdoos. Na weken komen de eitjes uit en de jonge juffertjes springen met een echte snoekduik hun leven als zwemmende woestelingen tegemoet. Na maanden zwelgen verlaten ze het water, scheuren ze uit hun kinderbroek en zweven ze vervolgens als elegante
juffers boven het zwarte water.
Twaalf maanden lang etaleert de natuur zich als één grote kraamkramer. Altijd net even anders en soms wel heel bijzonder. Kijk eens rond en ontdek het jonge leven in ons Noorderland.
- Kees Boele
- Kees en Stella Boele