Ingrediënten voor 6 kaneelbroodjes:
Voor het deeg
- 60 gram bruine basterdsuiker
- 50 gram zachte roomboter
- 1 blikje croissantdeeg
- 1 zakje vanillesuiker
- 1½ theelepel kaneel
- ½ theelepel koekkruiden
Voor het glazuur
- 100 gram poedersuiker
- 1 theelepel vanille-aroma
- 2 eetlepels melk
Zo maak je de kaneelbroodjes:
- Verwarm de oven voor op 200 graden. Rol het croissantdeeg uit op een schoon werkblad en druk de naden goed dicht met je vingers, zodat het een langwerpige, egale lap wordt.
- Meng de zachte roomboter met de kaneel, koekkruiden en vanillesuiker tot een geurige, romige pasta. Smeer dit gelijkmatig uit over het deeg. Strooi vervolgens de lichtbruine basterdsuiker erover, zodat het hele oppervlak bedekt is met een dun laagje.
- Rol het deeg vanaf de lange zijde strak op tot een rol. Knijp de naad voorzichtig dicht. Snijd met een scherp mes zes gelijke plakken en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat, met wat ruimte ertussen.
- Bak de kaneelbroodjes in circa 12 minuten goudbruin. Terwijl ze bakken, maak je het glazuur: meng de poedersuiker met het vanille-aroma en de melk tot een glad, dik mengsel.
- Laat de broodjes kort afkoelen en besprenkel ze dan met het glazuur. Serveer ze lauwwarm – dat is wanneer ze op hun allerlekkerst zijn.
Culinair
- Laura's Bakery
- Adobe Stock