Met deze tips maak je de lekkerste karbonade klaar

Karbonade: een klassieker

Karbonades zijn al jaren een vertrouwde verschijning op het bord. Het zijn platte stukken vlees, vaak van varkensschouder of rib, soms met bot, soms zonder. Vooral schouderkarbonades zijn geliefd vanwege hun iets vettere structuur, die het vlees sappig houdt tijdens het bakken. Rib- en haaskarbonades zijn magerder en vragen daarom iets meer aandacht om niet uit te drogen. De bereiding is vrij eenvoudig, maar het verschil tussen een taaie hap en een sappig stukje vlees zit 'm in de details. We leggen je uit hoe je eenvoudig een lekkere karbonade bereidt.

Ingrediënten:

Voor twee personen

{{ trans('customs.newsletter_signup.responsemsg') }}

{{ trans('customs.buttons.signup') }}

Vul een geldig emailadres in. {{ errors . email[0] }}

• 2 schouderkarbonades van goede kwaliteit (bij voorkeur met bot)
• flinke klont roomboter
• zout en versgemalen zwarte peper naar smaak
• eventueel extra kruiden zoals paprikapoeder, tijm of rozemarijn

Bekijk ook

De Tuinspecial van Noorderland is uit: koop 'm nu | Noorderland

Deze tuinspecial van Noorderland is voor iedereen die het geluk kent van het werken en genieten in het groen.

Zo bak je de perfecte karbonade:

1. Haal het vlees minimaal 30 minuten van tevoren uit de koelkast. Laat de karbonades op kamertemperatuur komen en dep ze goed droog met keukenpapier. Bestrooi beide kanten royaal met zout en peper en wrijf het even in.
2. Verwarm een koekenpan met dikke bodem op middelhoog vuur en laat de boter rustig smelten tot die licht begint te kleuren. De pan moet goed heet zijn, maar de boter mag niet verbranden.
3. Leg de karbonades in de pan en bak ze 3 minuten aan elke kant. Laat het vlees rustig liggen zodat het een mooie korst krijgt. Draai daarna om en bak nogmaals 3 minuten. De karbonade hoeft nu nog niet gaar te zijn – je sluit het vlees alleen mooi af.
4. Haal het vlees even uit de pan en zet het vuur laag. Maak van het bakvet een saus met bijvoorbeeld gesnipperde ui, een teentje knoflook, een eetlepel mosterd, een theelepel honing en een klein scheutje water. Laat dit even pruttelen terwijl je het aanbaksel losroert.
5. Leg de karbonades terug in de pan bij de saus. Laat het vlees met de deksel half op de pan nog 5 tot 10 minuten garen, afhankelijk van de dikte. Lepel af en toe wat saus over het vlees en draai halverwege om.
6. Haal de karbonades uit de pan en dek ze losjes af met aluminiumfolie. Laat ze nog een paar minuten rusten. Zo kunnen de sappen goed intrekken en blijft het vlees lekker sappig.