/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F05%2F7An6ydrLvDwz701747314114.jpg)
1. Een nek om u tegen te zeggen
Met hun sierlijk gebogen hals lijken zwanen haast ontworpen voor een schilderij. Maar die lange nek is er niet alleen voor de show: een zwaan heeft maar liefst 23 tot 25 nekwervels – meer dan drie keer zoveel als wij. Dankzij die flexibele hals kan hij grondelen – zoeken en graven – tot wel een meter diep, op zoek naar waterplanten en knolletjes waar andere vogels niet bij kunnen. Handig én elegant dus.
2. Liefde voor het leven (meestal dan)
Zwanen staan bekend om hun trouw, en dat beeld klopt grotendeels. De meeste knobbelzwanen kiezen één partner voor het leven en broeden jaar na jaar op dezelfde plek. Maar er bestaan ook "zwaanscheidingen". Soms sterft een partner, soms groeien ze gewoon uit elkaar. En sommige zwanen blijken in hun leven wel vijf partners te verslijten. De romantiek blijft, maar wel met een korreltje zout.

3. Verschillende soorten
Hoewel we vooral de knobbelzwaan kennen – met z’n oranje snavel en zwarte bult – zijn er wereldwijd zeven verschillende soorten. In Nederland zijn er drie soorten regelmatig te zien. Daarvan is de knobbelzwaan de meest populaire, maar ook de kleine zwaan is een veel geziene gast in gebieden zoals het Lauwersmeer. Daarnaast is er nog de wilde zwaan. Wie goed oplet, ontdekt subtiele verschillen in grootte, gedrag én snaveltekening.

4. Sneller dan je denkt
Zwanen ogen traag en plechtig, maar onderschat ze niet. In volle vlucht halen ze snelheden tot wel 95 kilometer per uur. Omdat ze relatief zwaar zijn – tot 12 kilo – hebben ze een flinke aanloop nodig voor ze van het water loskomen. Dat levert vaak indrukwekkende taferelen op bij meren en plassen, vooral in de vroege ochtend.
5. Zachte veertjes, ruwe reputatie
Zwanen hebben zo’n 25.000 veren; stuk voor stuk zacht en waterafstotend. Vroeger geloofde men dat een zwanenveer in je kussen je huwelijk zou zegenen met eeuwige trouw – een romantisch bijgeloof dat voortkomt uit hun monogame aard. Maar pas op: onder al die sierlijkheid schuilt een felle verdediger. Tijdens het broedseizoen (maart tot mei) kun je maar beter uit de buurt blijven van een paartje met jongen. Ze blazen, sissen en kunnen fel aanvallen als ze zich bedreigd voelen.
- LandIdee, DierenLot, Roots, Animals Today
- Adobe Stock