/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F04%2F1L6Kq8PFCYY4Km1746019311.jpg)
Boer Roelof Koops
Boer Roelof Koops (27) woont met zijn vrouw Elsje (27) en hun tweejarige dochtertje Catharina tussen Hoogeveen en Hollandscheveld. In Hoogeveen is Hubert-Peter van den Berg (22) gelegerd, een Nederlands lid van de Waffen-SS. Regelmatig gaat hij eropuit om melk te halen. Ook bij Koops klopt hij aan. Maar daar krijgt Van den Berg niet wat hij wil. Uit frustratie besluit de SS’er om Koops uit te lokken tot het plegen van een strafbaar feit. Hij doet zich voor als zeer anti-Duits, om zo het vertrouwen van de boer te winnen en vraagt of Koops bereid is om hem een onderduikplek te bieden. Hoewel Koops dat keer op keer weigert, stapt Van den Berg toch naar zijn oversten, waarna de Sipo in Assen wordt ingelicht.
Op woensdag 11 oktober 1944 krijgt Van den Berg naar eigen zeggen de opdracht om terug naar Koops te gaan en opnieuw te vragen of hij kan onderduiken. Weer lukt het niet. ‘Als je wil onderduiken, trek dan je uniform uit en doe een burgerpakje aan. Dan herkent niemand je,’ zou Koops, volgens de naoorlogse getuigenis van zijn vrouw Elsje, tegen de SS’er hebben gezegd. Niettemin besluit de Sipo Koops te arresteren, voordat de boer onraad ruikt en besluit zélf onder te duiken.

Opgepakt en meegenomen
Tegen middernacht wordt hij opgepakt en meegenomen naar het bureau van de Waffen-SS in Hoogeveen. ‘Aansporen tot deserteren,’ luidt de beschuldiging. Koops zou daarnaast, zo verklaart een van de aanwezige Sipo-agenten na de oorlog, om de uitrusting van onder te duiken SS’ers hebben gevraagd.
Zelfs na zware mishandelingen blijft Koops ontkennen dat hij illegaal werk heeft verricht, dan wel wapens in zijn bezit had. Totdat hij – wellicht om de gruwelijkheden die hij moet ondergaan te laten stoppen – alsnog zegt een SS’er gevraagd te hebben om een machinepistool, aldus de verklaring van een van de agenten.

Daarop wordt Koops in een auto gezet, zogenaamd op weg naar de gevangenis in Assen. In de buurt van Nuil stopt het gezelschap, wordt Koops uit de auto getrokken en met meerdere schoten om het leven gebracht. Het blijft onduidelijk wie de schoten op Koops heeft gelost. De betrokken Sipo-agenten wijzen na de oorlog naar elkaar, en vooral naar de intussen gesneuvelde agent Van Noordenne.
Twee dagen later wordt Roelof Koops begraven. ‘Weggenomen door een noodlottig ongeval,’ staat er op de rouwkaart en grafsteen. Bij gebrek aan de vrijheid, om het anders te verwoorden. Elsje, gebroken door het verlies van haar man, weigert na haar getuigenis ooit nog te praten over hetgeen dat er met hem is gebeurd. Voor haar dochter Catharina blijft de dood van haar vader haar hele leven lang een ongrijpbare gebeurtenis.

De kleindochter vertelt
Kleindochter Jeannette van Dijk (57): ‘Toen onze ouders trouwden, zijn ze bij oma Koops ingetrokken. Mijn zusje Inge (53) en ik zijn dus met haar opgegroeid. Naar Catharina, onze moeder, was oma afstandelijk en weinig liefdevol. Wij herinneren haar niet als ongezellig, maar over opa kon en wilde ze niet praten. Die geschiedenis had voor mij en Inge daardoor altijd iets geheimzinnigs. Op 4 mei moesten we stil zijn. Ik zie oma nog zitten, op het hoekje van de bank, starend naar de televisie. Verder werd ons niets verteld.’
‘Op Koninginnedag mocht de vlag uit, maar niet op 4 en 5 mei. Dat wilde oma niet. Nieuwsgierig als we waren, zochten Inge en ik soms in huis op plekken waar we eigenlijk niet mochten komen. Zo vond ik op zolder een ingelijste foto van opa. Gewikkeld in een deken, verstopt achter een stapel spullen. In huis hing geen enkele foto van hem. Pas na oma’s overlijden durfde onze moeder de trouwfoto van opa en oma neer te zetten en is ze zelf op zoek gegaan naar informatie over haar vader. Maar meer dan dat hij doodgeschoten was, kwam ze niet te weten.’
‘Ze overleed in 2018, en heeft nooit geweten wat er met haar vader is gebeurd. Dankzij Marcel weten wij dat nu wél. Dat gat, die leegte, is nu opgevuld. Het verhaal is meer gaan “leven” voor ons. Vlak voor 4 mei maken we het graf van opa weer schoon, net zoals onze ouders dat elk jaar deden. Ik hoop dat onze familie dat in de toekomst blijft doen, zodat het verhaal van opa Koops niet vergeten wordt.’
- Max de Krijger