/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F04%2F3hdA1Y5QSJVOdm1744369532.jpg)
Zondag: Kaatje bij de Sluis, Blokzijl
Op een lome zondagavond kiezen we Overijssel als het startpunt van onze vaartocht. Maar voordat we écht gaan varen, meren we eerst aan in Blokzijl, een stadje dat trots zijn vele statige patriciërshuizen toont. Ooit lag Blokzijl aan zee en was het een rijke handelsstad; een handig knooppunt tussen de Zuiderzee en het achterland. Die geschiedenis is nog altijd voelbaar – het stadje ademt grandeur.
In het hart van Blokzijl stuiten we op restaurant Kaatje bij de Sluis, dat ruim 50 jaar geleden werd geopend. De naam verwijst, hoe kan het ook anders, naar Kaatje, een jonge vrouw die in de 18de eeuw de scepter zwaaide in een herberg bij de sluis in Blokzijl. Op de plek waar ooit haar herberg stond, vind je nu Kaatje bij de Sluis.
Waar vroeger kooplieden en walvisvaarders aanschoven, genieten tegenwoordig échte culinaire fijnproevers van de verfijnde gerechten van chef-kok Thomas Deli – die sinds 2022 samen met Lotte Veldman de touwtjes van deze pittoreske plek in handen heeft. Thomas kookt graag met producten uit Nationaal Park Weerribben-Wieden en de Noordoostpolder. Puur van smaak en bereid volgens de Franse keuken met moderne invloeden. En Kaatje is er nog steeds een beetje bij: haar aanwezigheid wordt tot op de dag van vandaag geëerd met een klein beeld tegenover het restaurant.

Maandag: De Lindenhof, Giethoorn
Op maandag zetten we onze vaartocht voort. We blijven in Overijssel en varen richting de kop van de provincie: daar meren we aan in het schilderachtige Giethoorn. Wat een plaatje! De kleine houten bruggetjes en charmante 18de- en 19de-eeuwse Hollandse boerderijtjes, verspreid over verschillende eilandjes, geven het geheel een lieflijk aanzicht.
We varen verder en komen uit in Noord-Giethoorn. Dit deel is minder toeristisch, maar misschien wel nóg mooier dan het bekende hart van het dorp. We schuiven aan bij het imperium van topchef Martin Kruithof en gasvrouw en sommelier Marjan de Jonge: restaurant De Lindenhof.
Na een gastvrij ontvangst door Marjan word je door Martin – die ook wel de "amusekoning van Nederland" wordt genoemd – culinair in de watten gelegd. Hij kookt naar wat de natuur hem te bieden heeft en met rijke ingrediënten. Pluspuntje: op zomerse dagen is het culinair vertoeven nóg beter op het terras, met uitzicht op de perfect onderhouden tuin.

Dinsdag: De Jouster Toer, Joure
Het is dinsdag en onze vaartocht zet zich rustig voort over het kabbelende water. We koersen noordwestwaarts, langs de oevers van Nationaal Park Weerribben-Wieden en Ossenzijl. Via de Friese wateren en het Slotermeer naderen we de Jouster Sluis, waar we moeiteloos doorheen varen, want de sluis staat al open. We komen bij de passantenhaven van Joure en meren aan. De vriendelijke havenmeester staat voor ons klaar en in de speeltuin spelen kinderen. Na een korte stop voor een goed glas wijn bij het café-restaurant in de haven, lopen we het centrum van dit knusse en bourgondische dorp in.
We lopen in zuidoostelijke richting over de Grienedyk en na een wandeling van zo’n 10 minuten doemt in de gezellige Midstraat Restaurant de Jouster Toer op. Hier is Friese gastvrijheid een grote vanzelfsprekendheid en word je tijdens je bezoek volledig in de watten gelegd. Uit de keuken in dit langwerpige restaurant – een voormalig pakhuis – komen de lekkerste creaties. Denk aan noordzeekrab, anjouduif en kalfsrib-eye.
Naast de sympathiek geprijsde wijnkaart, tovert eigenaar en vinoloog Johan Schotanus ook de beste flessen uit zijn "schatkamer". Samen met gastvrouw Diana Thijsseling runt Schotanus ook Achter de Toer, dat zich direct achter het restaurant bevindt. Hier kun je terecht voor tal van culinaire activiteiten, zoals kookcursussen, walking diners en wijnproeverijen. Een lekker adres!

Woensdag: Vis en Meer, Woudsend
Op dag vier zetten we onze reis voort, maar blijven we nog even in Friesland. We zetten koers naar Woudsend – vrij vertaald “aan het eind van het woud”. Maar er is geen woud te zien: alleen water, heel veel water. Heel toepasselijk draagt Woudsend de bijnaam Driuwpôlle, Fries voor een stukje grond dat losraakt van de oever en als een drijvend eilandje met riet of gras over het water zweeft. De boten varen af en aan in dit schitterende Friese dorpje.
Langs de kade mag je aanleggen, maar plek vinden is wel een uitdaging – het ligt er bijna altijd vol. Om die reden is er, net om de bocht bij de Woudsenderrakken, een passantenhaven aangelegd. Overnachten mag daar niet, maar dat kan wel in de naastgelegen jachthaven De Rakken.
Na een middag dwalen door de sfeervolle stegen en gezellige straatjes van Woudsend, schuiven we aan bij visrestaurant Vis en Meer. In dit gezellige, drukke huiskamerrestaurant - dat sinds jaar en dag een begrip is in het charmante watersportdorp - zwaaien chef Sjouke en gastvrouw Maya Schilstra al jarenlang de scepter.
Hier spelen – de naam zegt het al – vis, schaal- en schelpdieren de hoofdrol. Zowel vaste gasten als "bootjesmensen’"nemen plaats om te genieten van dagverse oesters, spartelverse scholfilet of smaakvolle Argentijnse gamba’s. Verwacht hier geen poespas, maar gewoon knettervers lekker eten.

Donderdag: Le Petit Bistro, Sneek
We zijn over de helft van onze zevendaagse vaartocht. Op donderdag vervolgen we onze reis naar watersportstad Sneek. Een relatief kort tochtje. Heel even, in de 15de eeuw, mocht Snits zich de hoofdstad van Friesland noemen. Geen verrassing, want als knooppunt van het Friese waterverkeer was het dé centrale plek. En dat is Sneek, of Snits, vandaag de dag nog steeds. De jaarlijkse Sneekweek herinnert ons daar maar al te goed aan.
We varen langs de bekende Waterpoort en leggen uiteindelijk aan in de Sneeker Jachthaven. Deze jachthaven, opgericht in 1910, is de oudste overdekte jachthaven van Nederland. Bel voor aankomst even de havenmeester om te informeren naar beschikbare ligplaatsen, want reserveren is hier niet mogelijk.
We wandelen naar de rand van het centrum van Sneek, langs de schilderachtige Stadsgracht, en stappen binnen bij een intiem restaurant met slechts veertien zitplaatsen: Le Petit Bistro. Chef Jeroen van der Geest en gastvrouw en sommelier Benthe Smithuis hebben dit mini-restaurant een paar jaar geleden overgenomen en er een culinair pareltje van gemaakt. Jeroen kookt een verfijnd tasting menu van vier tot zeven gangen met dagelijks wisselende producten. Gebakken heilbot met een zalige kreeftsaus, lamsfilet met witte asperges, uitstekende kazen en een munt-limoenparfait met yoghurtcrumble: hier worden je smaakpapillen gegarandeerd aan het werk gezet.

Vrijdag: ’t Havenmantsje, Harlingen
Het is vrijdag en we zetten koers naar "het balkon" van de Waddenzee en de uitvalsbasis voor veel waddentochten: Harlingen. Harns is dé zeehavenstad van Friesland. Hier vind je een schitterende oude binnenstad, een roemrijk nautisch verleden, imposante pakhuizen met karakteristieke gevels, sfeervolle binnenhavens en charmante steegjes. En last but not least: het is dé toegangspoort tot de open zee en de Friese Waddeneilanden Vlieland en Terschelling.
Beschut tegen de stevige westenwind meren we aan bij het eerste vrije plekje aan de Zuidoostersingel. Vanaf hier is het slechts een klein kwartier lopen naar restaurant ’t Havenmantsje van Marco en Inez Poldervaart. Deze zaak heeft een prachtige plwk aan de haven van Harlingen. Bootjes varen af en aan langs het statige gerechtsgebouw uit 1800, en vanuit de moderne glazen serre heb je prachtig zicht op de binnenhaven en de toeristen met rolkoffertjes die op weg zijn naar de veerboot.
Chef Marco is gespecialiseerd in het creëren van verrassingsmenu’s, bereid met verse, seizoensgebonden ingrediënten. Dat blijkt zodra het bord op tafel staat, want alles is hoog op smaak en ziet er prachtig uit. Als kers op de taart is er de kaasplank: die bestaat uit vijf binnen- en buitenlandse kazen, waarvan de Stokâlde Fryske een regionaal pareltje blijkt.

Zaterdag: Restaurant élevé, Leeuwarden
We zijn aangekomen op de laatste dag van onze zevendaagse vaartocht. Voor de laatste keer maken we de lijnen los en varen richting ons eindpunt: Leeuwarden. Of je het nu Liwadden, Ljouwert, Lintwarde of gewoon Leeuwarden noemt: dit is het kloppende hart van Friesland. Overal in de stad herinneren monumenten, gebouwen en straatnamen aan de historische band met het vorstenhuis. Met een schitterende binnenstad, lieflijke grachtjes, terrassen aan het water, een toren die schever staat dan die van Pisa en sprookjesachtige parken, is Leeuwarden misschien wel de meest ondergewaardeerde hoofdstad van ons land.
We meren aan in stadspark en jachthaven De Prinsentuin, dat in 1648 werd aangelegd in opdracht van prins Willem Frederik van Nassau. Vanaf hier wandelen we door de Prinsentuin en langs de Westersingel naar het WestCord Hotel. Op de elfde verdieping wacht ons restaurant élevé. We staan versteld: alleen al voor het fenomenale uitzicht is een bezoek absoluut de moeite waard.
Chef Mike Kalkman kookt hier heerlijke gerechten zonder onnodige poespas, maar die wel innovatief en verrassend zijn. Denk aan een amuse van Friese kaassoesjes en een pastramirolletje, ludiek gepresenteerd in een Fries klompje. Maar ook verrassingen zoals watermeloen van de barbecue en gebakken wilde zeebaars behoren tot de creaties van Mike. Een prachtige afsluiting van onze 7-steden vaarroute, in de trotse hoofdstad van de Elfstedentocht.
- Adobe Stock, Lekker500