Deze planten kun je wildplukken in het voorjaar

1. Paardenbloem (Taraxacum officinale)

De paardenloem is een veelzijdige plant die van wortel tot bloem eetbaar is. De jonge bladeren kunnen in salades worden verwerkt, terwijl de bloemen – die meestal vanaf april weer bloeien – lekker zijn in siropen of in jam. De bloemen zijn overigens alleen eetbaar vóór de zaadzetting. De wortels kunnen geroosterd worden als vervanger voor koffie. De paardenbloem is bovendien rijk aan vitaminen B en C, verschillende mineralen en stimuleert de spijsvertering.

2. Veldzuring (Rumex acetosa)

Veldzuring is een plant die je makkelijk herkent aan de rode nerven van de bladeren. Eind april verschijnt de plant weer in bermen, weilanden en op dijken. De frisse, zure smaak maakt het jonge blad van de plant een lekkere toevoeging aan salades, maar het smaakt ook goed in een lente-achtige soep of saus. Veldzuring is bovendien rijk aan vitamine C en ijzer, wat het niet alleen lekker maakt, maar ook gezond.

{{ trans('customs.newsletter_signup.responsemsg') }}

{{ trans('customs.buttons.signup') }}

Vul een geldig emailadres in. {{ errors . email[0] }}

3. Veldkers (Cardamine)

Veldkers is een winterhard kruid dat je herkent aan zijn felgroene, geveerde blaadjes. Je vindt het vaak in plantsoenen, langs paden en op plekken waar niet actief wordt geschoffeld. De smaak is pittig en doet denken aan waterkers of mosterd, waardoor het een lekkere toevoeging is aan salades, soepen en sandwiches. Je vind het plantje eigenlijk vooral in de winter, maar ook nu kun je 'm nog plukken.

4. Brandnetel (Urtica dioica)

Hoewel de brandnetel vaak wordt vermeden vanwege de brandende haren, is deze plant in het voorjaar juist heel lekker. De jonge bladeren, die het beste voor de bloei in mei worden geplukt, bevatten veel ijzer, vitamine C en antioxidanten. Je kunt brandnetels bijvoorbeeld gebruiken in soepen, smoothies of in de thee. Vergeet niet om ze eerst te koken om de brandharen te neutraliseren.

5. Daslook (Allium ursinum)

Daslook, ook wel wilde knoflook genoemd, komt in het voorjaar in het wild voor in bossen en langs beekjes. De bladeren van deze plant kun je oogsten tot aan april en hebben de geur en smaak van knoflook – mits je ze rauw eet. Ze kunnen in salades, soepen of pesto worden gebruikt. Na april kun je de bloemen van daslook gebruiken in salades en sauzen. Pas trouwens wel op, want daslook wordt soms verward met de giftige lelietjes-van-dalen. Kneus eerst het blad: het moet sterk naar look ruiken, anders kun je het beter laten staan.

Tips voor veilig wildplukken

Wildplukken is leuk, maar het kan ook verraderlijk zijn als je niet zeker weet wat je plukt. Hier zijn enkele tips om het veilig te doen:

• Leer de planten goed kennen: gebruik een betrouwbare veldgids of een app om planten te identificeren. Vraag eventueel een expert om mee te gaan.
• Pluk met mate: pluk alleen wat je nodig hebt, zodat de plant zich kan blijven ontwikkelen en andere mensen ook van de planten kunnen genieten.
• Let op beschermde planten: sommige wilde planten zijn beschermd, zoals het lepelblad en orchideeën. Pluk deze dus niet.
• Gebruik geen pesticiden: pluk alleen in gebieden waarvan je zeker weet dat ze niet zijn bespoten met pesticiden of herbiciden.

Wildplukken in het voorjaar is niet alleen een leuke manier om de natuur te verkennen, maar het is ook nog eens lekker. Van de frisse smaak van veldzuring tot de veelzijdigheid van paardenbloemen en brandnetels: de natuur heeft een schat aan eetbare planten te bieden. Vergeet niet om altijd veilig te plukken en wees bewust van de planten die je verzamelt. Duik de natuur in en ontdek de lente in je bord!