Kunst en passie op de Hondsrug

Kunstenares Geke Hoogstins combineert alles in Drenthe en voegt zelfs nog een boodschap toe

Dit artikel verscheen in Noorderland 2018-6.

In haar atelier in Eext neemt Geke (62) me gelijk mee naar boven, naar haar werkplek. ‘Ik zal je eerst even mijn sixpack laten zien! Daar werk ik nu aan.’ Bovenaan de trap sta ik oog in oog met zes koeiendames, elk op een eigen paneel. Nog lang niet klaar, de detaillering moet nog aangebracht worden, maar de karakters zijn al ingebouwd. Afwachtend, brutaal, trots of stoer kijken ze je aan, de neuzen glanzend. Koeien zijn haar handelsmerk geworden, maar Geke doet zoveel meer.

Oom Ypke
Ze groeide op in Friesland en Stad Groningen en was als kind vaak te vinden in het Sterrebos. ‘Ik was altijd al een natuurmeisje en ik tekende geloof ik al vanaf mijn geboorte. Elke zomer mocht ik twee hele weken logeren bij oom Ypke in Friesland. Oom Ypke was een keuterboer, boer geworden omdat zijn vader boer was. Hij had een paar koeien en wat ander vee waar hij goed voor zorgde, maar hij was ook een filosofisch ingestelde man. Met oom Ypke reed ik door de omgeving en dan zette hij de wagen stil en wees me op de wolken, die over de hele wereld gingen en alles zagen. Hij maakte me bewust van het grotere geheel. Zo overstijgend kon hij ook over zijn dieren praten, wees me op de karakters van zijn koeien. “Kijk famke, die is eigenwijs, zie je dat.” Midden in de nacht zaten we samen bij een zeug die biggen moest krijgen of hij luisterde als ik ’s avonds, op zo’n melkkrukje met één poot, voor de koeien zat te zingen.’

Schilderen én theater
Bij oom Ypke ontwaakte de liefde voor koeien en voor natuur. En met het tekentalent dat Geke duidelijk had, was Academie Minerva in 1979 een logische keus. Toch switchte ze na korte tijd naar theater en dans en kwam nog later, via een zijinstroomtraject, in het onderwijs terecht. Nu is ze fulltime kunstenaar. Alle ervaringen uit de diverse periodes maken dat er een balans is tussen schilderen en theater, het één kan niet zonder het ander, Geke kan en wil niet kiezen. ‘Het is allebei verbeelden, beeldtaal dus.’
De prachtige plek in Eext waar ze nu woont was in 2003 nog een enorme uitdaging. Geke en haar man Gert Siebring (64) kochten een vervallen huisje met 3 hectare grond. Niets meer en niets minder. ‘Nadat de vorige bewoner het huis had verlaten, hadden steenmarters er hun intrek genomen. Het akkerland lag braak en was deels overwoekerd door bramen. Zo erg, dat er bij het ontginnen nog een schuurtje tevoorschijn kwam! Dan heb je wel een beeld hè?’

Eigen natuurgebiedje
Eerst werd het huis bewoonbaar gemaakt. Het perceel bleek in de EHS (Ecologische Hoofdstructuur) te liggen, waardoor er subsidie beschikbaar was om er natuurgebied van te maken. Deels bosaanplant, een paar poelen, hooiland en hier en daar wat solitairen. Zodat we nu, 15 jaar later en zittend op de veranda van het atelier, uitkijken op een fraai stukje natuur waar regelmatig reeën rondstappen, kikkers en padden plonzen in de poel en waar vogels zich in het paradijs wanen. ‘Dit atelier was er natuurlijk nog niet. Dat heeft Gert gebouwd. Hij struint op Marktplaats naar materialen. Dit gebouwtje is helemaal gemaakt van hergebruikte beschoeiing. Dik en degelijk hout en het ziet er ook nog eens heel stoer uit. Ook de keuken hierin is tweedehands, zit zelfs een vaatwasser in. Er wordt zo veel afgedankt en weggegooid!’

Oog voor detail
Geke wijst me op een winterkoninkje dat zenuwachtig in onze buurt scharrelt, tot het tot haar verbazing in een vervallen nestkastje duikt. ‘Nou! Dat kastje heeft geen bodem, dat had ik weg willen halen!’ We inspecteren het kastje en constateren dat meneer winterkoning de renovatie zelf ter hand heeft genomen; er zit een degelijk gevlochten vloer in.
De blik van Geke gaat tijdens ons gesprek regelmatig over het terrein, opmerkzaam, het is een tweede natuur, geen detail ontgaat haar. Want naast het schilderen van koeienportretten legt Geke landschappen vast in aquarel en olieverf en weet ook daarin perfect de juiste sfeer te treffen. Eenmaal gesetteld in Eext werd ze verliefd op het haar omringende landschap: de in de laatste ijstijd opgeworpen Hondsrug en de stroomdalen van Hunze en Drentsche Aa. De herinrichting van de natuur was daar in volle gang, eerdere kanalisatie werd ongedaan gemaakt en, eenmaal ontdaan van dat keurslijf, namen de rivieren hun oude loop weer in en herstelde de natuur zich in sneltreinvaart. Geke besloot het landschap vast te leggen, om het te kunnen delen.

Twee jaar werk
Maar zoals bij al haar werk hoort er een verhaal bij, een meerwaarde. Gesprekken met Hans Elerie, historisch geograaf, brachten de achterliggende informatie over het ontstaan van het gebied en waarom het er is zoals het is. Geke volgde beide rivieren van bron tot eindpunt en legde op markante punten het landschap vast. Vaak bezocht ze de plek verschillende malen – voor het juiste licht, het juiste seizoen, vroeg in de morgen of juist tegen zonsondergang – om de foto te kunnen nemen die het uitgangspunt werd voor de aquarel. Twee jaar schilderde ze haar leefomgeving tot die verpakt kon worden in Kunstlandschap, Drentsche Aa en Hunze in aquarel (2007). Bij de aquarellen beschrijft Geke haar gevoel en Hans geeft informatie. Een intens portret van een mooi stuk Drentse natuur.

Theaterproducties
Man Gert zorgt voor de tuin, hakt het hout, bouwt wat er te bouwen valt, geeft rondleidingen en regelt de B&B op het terrein. Hij is sinds een jaar met vervroegd pensioen, nadat hij er bij de zoveelste reorganisatie in de psychiatrie uit kon stappen. Geke wijst: ‘Dat is ook het werk van Gert.’ Vlak bij het terras staat de Wilgenborg, een nog jonge living shelter. Lange wilgentakken, de voeten in de grond en al duidelijk wortel geschoten, gebogen in de vorm van een iglo. Een klein theatertje in wording. ‘Mooi voor muziek, lezingen of toneel, we zien wel.’
Dat brengt ons bij nog een talent van Geke, dat van theatermaker. Want ook op dat punt heeft ze haar sporen verdiend. Opgegroeid in een gezin waar dans, theater en muziek onderdeel waren van de opvoeding, maakte ze in haar tienerjaren al deel uit van amateur-musicalgezelschappen, als danser en choreograaf/regisseur. In 2010 richtte ze Stichting Walkyre Echo’s op en produceerde drie theaterproducties, waarvan de laatste, Onderweg naar later, is opgevoerd op de savanne van de oude dierentuin in Emmen voor een groot publiek. Alle drie waren het stukken waarbij “maatschappelijke en cultuurhistorische waarden op artistieke wijze worden uitgedragen”.

Wereldburgers
Geke legt uit. ‘Het thema milieu is voor mij heel belangrijk. Het gaat niet om nu. Niets staat op zichzelf, de geschiedenis herhaalt zich. In 2010 was er een beetje moeheid rond dat thema, een dat-weten-we-nu-toch-wel mentaliteit. Toch vond ik dat ik mijn stem moest laten horen. De tussengeneratie was aan zet, de verwende generatie, die met de kont in de boter gevallen is. Wat dat betreft kan ik me meer vinden in de generatie van nu. Die lijkt een beetje op de onze. Ze krijgen het niet meer cadeau, moeten ook overal hard voor werken. Verschil is wel dat wij in een positievere tijd zaten, een wereld in opbouw, flower power. De wereld van nu ziet er somberder uit en daar zullen ze het mee moeten doen. Wij hebben twee dochters, echte wereldburgers. Laura is 27, woont in Londen en is de saleskant opgegaan; zij lijkt daarin op Gert. Esther is 25, studente sociale geografie, en zeer betrokken bij natuur en milieu. Ik ben trots op hun zelfstandigheid, ze werken knetterhard voor hun toekomst. Aan deze generatie vertrouw ik de wereld graag toe!’

Blauwe Vlinder
Op dit moment staan er weer een paar grote theaterprojecten op stapel. Blauwe Vlinder bijvoorbeeld staat gepland voor september 2020 en de speellocatie is Herinneringscentrum Kamp Westerbork. ‘Ja, dat begint met een simpel idee. Ik was in 2015 in Westerbork en daar is de oude commandantswoning, de plek waar werd beslist of je mocht blijven of op transport ging, onder een grote glazen koepel geplaatst om het verdere verval van het gebouw tegen te gaan. Terwijl ik daar stond fladderde er een motje aan de binnenkant tegen het glas; hij wilde er uit. Dat beeld diende zich indringend aan en daar ga ik dan mee aan de slag. Ik maakte uiteindelijk een promo van de “film” die ik al in mijn hoofd heb en dat filmpje heb ik laten zien aan Dirk Mulder, directeur van het Herinneringscentrum. Daarna komt het saaie proces van afspraken maken en fondsen werven en gebeurt er artistiek niet zo veel. Als de begroting rond is, sluit ik me een week op in een huisje om het daadwerkelijke script te schrijven. Ik kan rekenen op geweldige mensen om het hele project tot uitvoering te brengen. Maar het staat of valt met het beschikbare budget.’
 
Zorgen om de wereld
Noord op de Schaal van Richter is eveneens een multimediaal belevingstheaterstuk met muziek, zang, film, animatie en dans en staat ook voor 2020 op de rol. De Groninger regisseur en acteur Albert Secuur heeft al toegezegd mee te doen; hij schitterde ook op de savanne in Onderweg naar later, het derde stuk in de Walkyre-serie. ‘Ook dat is een zaak die me diep raakt. De aardbevingen in Groningen, het exploiteren ten koste van. Macht en onmacht, intriges, vage beloftes, blij maken met een dode mus. We moeten duidelijke keuzes maken over het beheer van de aarde, daar gaat het hier om. Ik maak me best zorgen. Dan spookt er van alles door mijn hoofd. Wat gebeurt er als alle boeren verdwijnen? Loopt er straks nog wel vee in de wei? Wat doen we met die weilanden? Weidevogels verdwijnen. Insecten sterven uit. We zouden veel minder vlees moeten eten. Welke keuzes gaan we maken? “Europa” staat niet meer met de voeten in het land. Kijkt niet meer vanaf de basis; alles gaat over cijfers. Nog maar zoveel bijen. Oké…, maar wat dóénn we er met z’n allen aan? Ook in een klein tuintje kun je drachtplanten en -bomen zetten. Ook als buurt kun je afspreken: we planten allemaal één vlinderstruik in onze tuin. We hebben de keus om er iets aan te doen!’

Cowcoon
In afwachting van het moment dat ze de scripts kan gaan schrijven schildert Geke gewoon door. Er is een mooi contact met constructiebedrijf “De Verbinding” in Groningen. Een heel bijzonder bedrijf, want de werknemers zijn bijna allemaal slechthorend of doof. Dat is een weetje, meer niet, want voor de producten van dit bedrijf maakt dat verder niets uit. Naast ramen, deuren en dakkapellen maakt het bedrijf ook designmeubelen, zoals een groot eivormig object, waar je in kunt zitten. Bedoeld om in grote ruimtes een intiem plekje te creëren voor een goed gesprek of om je even in terug te kunnen trekken.
‘Directeur Toine van Bijsterveldt zei: je krijgt er één en doe er wat leuks mee. Ik wilde er geen paasei van maken, maar je moet er een goed gevoel bij krijgen. Dus wordt het een cowcoon. Op de buitenkant kijken levensgrote koeien om een hoekje en de bankjes binnenin worden met koeienhuid bekleed. Op 20 september wordt hij onthuld. Uiteindelijk doel is verkoop. Hij kan het buitengevoel prachtig binnen brengen in een grote steriele lobby.’

En dan wacht er boven in het atelier nog een sixpack koeien op het moment dat ze tot leven gewekt worden door het penseel van Geke. ‘Ik maak wat ik zelf mooi vind, ik kan niet in opdracht werken, daar word ik niet gelukkig van.’Aan eigen ideeën gelukkig nog geen gebrek!

Bron: Cora Westerink | Beeld: Gert Tabak

Laatste nieuws