Ontmoetingen in Oosterhouw: open deuren, groot hart

Aan de rand van Leens, midden tussen de weidse akkers, staat het majestueuze landhuis Oosterhouw.

Dit artikel verscheen in Noorderland 2017-5.

Het Hogeland van Groningen ligt stil en verlaten onder een dikke witte mistdeken. Aan de rand van Leens, midden tussen de weidse akkers, staat het majestueuze landhuis Oosterhouw. Hier vind je een gastheer met grote vrijheidsdrang, die de ruimte graag met anderen deelt. 

Wilbert van de Kamp uit Amsterdam ging in 2017 een bijzondere huizenruil aan met Christiaan Klasema en Klaas Noordhuis, eigenaren van ditneoclassicistische pareltje in Noord-Groningen. Dat kwam zo: de verkoop van hun villa aan de Hoofdstraat in Leens wilde niet vlotten, het stel popelde om naar de hoofdstad te vertrekken, maar alleen als Oosterhouw in goede handen zou achterblijven. Zodoende werd een geschikte huismeester gezocht. Wilbert bleek geknipt voor die job en zo paste hij een poosje op het huis. 

De huismeester laat zich moeilijk in een hokje plaatsen. Hij heeft een zekere band met het Noorden: hij studeerde Kunst, Cultuur & Media en Engelse Taal en Cultuur in Groningen en is oprichter van de Youth Food Movement Groningen; een groep jongeren die graag ziet dat voedsel lekker, gezond en eerlijk wordt geproduceerd, gekocht en genuttigd. Gepassioneerd als hij is, lanceerde Wilbert ook de Youth Food Academy en presenteert hij talkshows over het thema duurzaam eten. Van een eveneens ideëel, maar compleet ander kaliber is zijn eigen bedrijfje “Omapost”, dat de strijd aanbindt met eenzaamheid onder ouderen door oma’s en opa’s (dat mogen ook “geadopteerde” grootouders zijn) blij te maken met échte, offline kaartjes van hun dierbaren.

Oosterhouw verdient publiek

Terug naar het huis. Want daar heeft Wilbert van de Kamp bijzondere plannen mee. Oosterhouw is tijdelijk opengesteld “voor alles en iedereen”, meldt zijn website. De ontmoeting staat centraal. Concreet betekent dat een warm welkom voor passanten op doorreis die hier een keertje komen eten, logeren of iets creatiefs willen doen. Denk bijvoorbeeld aan een artist-in-residence; een vlogger of schilder, schrijver, zanger of modeontwerper. ‘Voor tien euro krijgt de gast bed en ontbijt. Het enige wat we terugvragen is dat je ook iets voor het huis betekent.’

Dat huis is onder zijn huid gekropen. ‘Zonder dat ik het wist was ik op zoek naar Oosterhouw. Van een druk bestaan terug naar natuurlijke verbindingen en rust. Nu ik hier tijdelijk ben wil ik deze prachtige plek openstellen voor andere mensen, die ook willen proeven en profiteren van Oosterhouw. Omdat dit huis het verdient.’ Dat geldt ook voor de bijbehorende parktuin, een plaatje. Die tuin is groot en ingedeeld in verschillende stijlen, van renaissance tot traditioneel Japans. Het eerste licht speelt fascinerend met de bomen en struiken. Alleen het schelle elitaire geroep van pauwen doorbreekt de stilte zo nu en dan. Het heeft iets magisch om door het park te dwalen dat hier en daar zichtbaar aan onderhoud toe is; maar dat maakt het nu juist ook zo romantisch.

Een huis om op te passen

Wilbert woont niet alleen in dit Gronings erfgoed, maar kreeg er gezelschap van Laurens Collee (29), een van zijn vrienden, die hij via Twitter heeft ontmoet. ‘We hebben gedeelde interesses, kunnen goed met elkaar lachen en hebben min of meer een zelfde historie, dus dat gaat prima. Het is fijn om dingen samen te doen, zeker als er grote groepen aanschuiven in het huis,’ zegt Wilbert. ‘We hebben veel aan elkaar, maar kunnen ook goed ons eigen ding doen en langs elkaar heen leven. Dat is ook wel nodig in zo’n huis als dit.’ Eigenaar Christiaan Klasema had hem al eens gezegd: ‘Het huis is één en al gang, waar je elkaar steeds tegen komt. Dan moet je niet ieder ogenblik het gevoel hebben dat je een gesprekje moet beginnen.’

Rust, reflectie en vrijheid

Na een rondleiding door de imposante, 19de-eeuwse Italiaanse villa, waar de sfeer van eeuwen terug nog voelbaar is, vertelt de gastheer en huismeester over zijn leven. Wilbert van de Kamp (geboren in Woerden) trok na zijn studietijd in Groningen naar Amsterdam. Dan rijst natuurlijk de vraag: waarom dan nu huisbewaarder in zo’n landelijk gebied? Wilbert: ‘De hectiek van de dynamische Randstad wordt me soms echt te veel. Ik had behoefte aan rust en reflectie. Sinds ik hier ben bekijk ik mijn mailbox niet vóór een uur of tien, elf. Oosterhouw is de plek waar ik me echt helemaal vrij voel. Een plek die me ontroert. Het huis, de tuin, het dorp; ze doen me goed.’

‘Ik vond dat ik al heel wat gepresteerd had,’ bekent Wilbert. ‘Voor mijn gevoel was ik al een heel mannetje, prestige was me niet vreemd toen ik hier naartoe ging. Oosterhouw was de volgende stap in mijn carrière waarmee ik dacht hoge ogen te gooien. Maar de hele sfeer hier heeft me volledig ingepakt; huis en hof hebben me bescheidener gemaakt, denk ik.’

Aandachtige start van de dag

Het grootste verschil tussen Amsterdam en Oosterhouw? Wilbert: ‘Hoe ver ik kan kijken! vloeit gewoon. Ik zou misschien veel geld kunnen verdienen met het exploiteren van dit huis door er een bijzondere B&B van te maken, maar dat wil ik niet. Mooie ontmoetingen hangen hier in de lucht. Het is een plek voor mensen die bij mij en bij het huis passen. Op die manier voelen we ons allemaal thuis.
Tijdens de housewarming mochten de gasten opschrijven wat zij op Oosterhouw zouden willen doen en degenen met de mooiste ideeën heb ik gebeld om ze het groene licht te geven. Mijn standpunt is niet of we het gaan doen, maar hoe. Er is hier zo veel mogelijk!
Oosterhouw is altijd een plek geweest waar mensen met veel geld woonden, nu willen we toegankelijker zijn: iedereen is hier welkom, ook als je niet veel geld hebt.’ 

We raken elkaar steeds meer kwijt

Wilbert kookt graag voor zijn gasten. Eters zijn (op afspraak) welkom, dan draait de huismeester iets moois in elkaar met producten uit de buurt, of hij nodigt een bevriende chef-kok uit. Die voorliefde is in zijn studententijd ontstaan. ‘Ik had toen een baantje waarbij ik ’s avonds de binnengekomen bestellingen van chef-koks moest noteren. Ik werd erg nieuwsgierig naar sommige ingrediënten; ik keek op de menukaart wat de chefs ermee deden en probeerde vervolgens het gerecht na te maken. Zo groeide mijn belangstelling. Het koken had me in z’n greep. Vervolgens vroegen vrienden of ik op hun feest wilde koken, en van het één kwam het ander.’ 

Een toevallige samenloop van omstandigheden. Zo gaat het bij Wilbert meestal. ‘Toen ik in Nicaragua was zag ik met eigen ogen dat het voor de lokale bevolking wel degelijk verschil maakt dat wij hier eco- of fairtrade producten kopen. Toen ging de knop definitief om. Ik ging werken bij een duurzaam café-restaurant, ging workshops geven aan studenten over duurzaam en regionaal koken.’ De kiem voor de Youth Food Movement was gelegd. ‘Ik vind het erg belangrijk om dingen te doen waarbij mensen weer met elkaar in gesprek gaan. We zijn door de moderne media altijd
“verbonden”, maar we raken elkaar steeds meer kwijt.’

Bewuster eten van de boer

‘Als ik nu kook komen de producten voor een groot gedeelte rechtstreeks van de boeren uit de omgeving. Ik ga de ingrediënten vaak zelf halen en heb daardoor een goed contact met hen opgebouwd. Hun producten vertellen ook een verhaal. En als ik ermee kook dan voelt dat bijzonder, er is hier in Leens een dimensie bij gekomen.’ 

Oosterhouw is altijd verweven geweest met kunst, ook de kookkunst. ‘Er is hier een grote kelder, een koele kast, een koetshuis en een grote koelkast, dus ik kan voorraden aanleggen,’ zegt Wilbert. ‘In principe kook ik hier met de spullen die ik in huis heb. Zelden ga ik speciaal voor een diner inkopen doen, wat ik in Amsterdam wel deed. In de supermarkten daar kun je je nauwelijks meer voorstellen dat het in plastic verpakte vlees van een dier kwam. De boer waar ik mijn zuivel haal slacht zo nu en dan een koe: als ik daar wat rundvlees koop heb ik het gevoel dat ik iets waardevols in handen heb. Het is wat duurder, maar dat is geen punt. Het maakt dat ik veel bewuster eet.’

Bron: Gert Tabak | Beeld: Gert Tabak

Laatste nieuws